Mijn nachten met Churchill:
Daar Werd Wat Groots Verricht
NRC Handelsblad (*****): Vrolijke verbazing over de koloniën.
“Samen met regisseur Berend Boudewijn, en met enkele ragfijne liedteksten van Jan Boerstoel, heeft Diederik van Vleuten iets groots verricht: een solodebuut dat informeert als een documentaire, amuseert als cabaret op topniveau en indruk maakt als theater dat zich niet in één genre laat onderbrengen.”
Volkskrant (****): Ontroerende schets van oudoom.
“Van Vleuten is deze avond zowel een bevlogen geschiedenisleraar, een trotse bewaker van het familie-erfgoed als een kritische cabaretier en dat is een spannende combinatie. Een persoonlijke maar toch universele voorstelling.”
Parool: Eerste solovoorstelling Van Vleuten is groots en gewaagd
“Virtuoos is de manier waarop van Vleuten de belevenissen van zijn oom verweeft met de geschiedenis van Nederland en de wereld. Daar werd wat groots verricht is een ontroerende aanklacht tegen de actualiteit; potent tegengif voor iedereen die iets teveel in ‘het nu’ leeft.”
Buiten Schot
Telegraaf (*****): Diederik van Vleuten opnieuw groots
“Meesterverteller Diederik van Vleuten pakt in zijn nieuwe theatervoorstelling Buiten Schot de draad op van Daar werd wat groots verricht, de bejubelde eerste solo waarmee hij geschiedenis schreef. (…) Van Vleuten laat opnieuw aan de hand van zijn rijke familiegeschiedenis, zien dat we weinig tot niets van de Eerste Wereldoorlog weten. En dat doet hij met de prachtigste verhalen, die hij met subtiele overgangen en fraaie nostalgische liedjes aaneenrijgt. (…) Het is fascinerend hoe de dingen in het leven van Van Vleuten zo prachtig bij elkaar komen. Op zijn toelatingsexamen voor het conservatorium speelde hij op de piano ‘Le tombeau de couperin’ van Ravel, de componist die de slag bij Verdun van dichtbij had meegemaakt en daar vele vrienden verloor. Ravel komt op het einde nog een keer terug, en hoe. Nee, het is geen toeval dat bij Diederik van Vleuten alles op wonderbaarlijke wijze in elkaar grijpt en op zijn plaats valt. Het is lotsbestemming, nostalgie, eruditie en vakmanschap bij elkaar, Van Vleuten móét dit doen. En u moet dit gaan zien. Chapeau!”
Trouw (****): “Moeiteloos verbindt hij de kinderbrieven van zijn oudoom Jan en opa Sam aan het heden, aan de ‘ijzeren oogst’- de granaten die tot op de dag van vandaag in België worden gevonden bij het omploegen van het land – en aan het kerstbestand van 1914. Maar Buiten Schot gaat over zoveel meer, bijvoorbeeld over Van Vleuten zelf. De verhalen, de persoonlijke én de historische, waarin Van Vleuten de meest bizarre details kleurrijk weet te schilderen, komen op bijzondere wijze tot leven. Prachtig is het verhaal over pianist Paul Wittgenstein. (…) Buiten Schot is wederom geen echt cabaret, hoewel er meer grappen in zitten dan in zijn eersteling. Het nieuwe genre dat Van Vleuten creëerde, past hem als een handschoen. Hij heeft het natuurlijke overwicht van een geschiedenisleraar, en paart dat aan de flair van de cabaretier en theatermaker die hij ook al sinds 1989 is. Een krachtige en succesvolle combinatie, blijkt.”
Volkskrant (****): Geschiedenisles over WO I is geen moment saai
“Diederik van Vleuten is helemaal in zijn element als geschiedenisleraar op het cabaretpodium. Dat was de openbaring in zijn eerste, zeer succesvolle solovoorstelling Daar werd wat groots verricht, waarin hij aan de hand van de memoires van zijn oudoom Jan het verhaal van Nederlands-Indië vertelde. Het was dus logisch (en heel verstandig) dat Van Vleuten in de opvolger Buiten Schot doorgaat op de ingeslagen weg, alleen niet nu niet met de Nederlands-Indië maar de Eerste Wereldoorlog als onderwerp. In Buiten Schot hanteert hij dezelfde combinatie van geschiedenisles, liedjes aan de piano, grappen en anekdoten uit zijn privé en familiegeschiedenis. (…) Via de (vaak grappig geformuleerde) kinderbrieven van zijn oudoom Jan en opa Sam aan hun ouders, snijdt Van Vleuten uiteenlopende aspecten van de “Grote Oorlog’ aan. (…) Wat deze voorstelling zo goed maakt, is dat Van Vleuten door middel van een zorgvuldig gemonteerde verhaalstructuur en slim gebruik van theatrale middelen weet te voorkomen dat zijn verhaal droog of saai wordt. Door op het juiste moment een fraai kleinkunstliedje aan de piano in te zetten bijvoorbeeld, of door op het juiste moment een grappige anekdote te vertellen over de eerste keer dat hij zijn vrouw zoende.”
NRC (****): Beeldende vertelling van ‘nostalg’ Van Vleuten
“Ditmaal gaat het over de Eerste Wereldoorlog – en over de sporen die daar nog van te vinden zijn in de bewaard gebleven brieven die twee van zijn voorvaderen, op jeugdige leeftijd in Nederland ondergebracht bij familie, tussen 1914 en 1918 naar hun “lieve paps en moes” op Java stuurden. En ook van dat materiaal weet Van Vleuten een beeldende vertelling, waarin de grote geschiedenis en de petit histoire als vanzelfsprekend samengaan. Een vol programma (…) Maar als dat kader eenmaal is geschapen, verdwijnt de gejaagdheid en schakelt hij – in de zorgvuldige regie van Berend Boudewijn – met groot verteltalent tussen alle verhaalbronnen heen en weer. Met anekdotes en veelzeggende scènes uit de loopgraven, op een lichte, nooit larmoyante toon. En soms ook ironiserend, met geestige terzijdes die vaak voortvloeien uit een vergelijking tussen vroeger en nu.”
DPD (Leidsch Dagblad): Tragiek van oorlog in ragfijne taal
“Wederom slaagt van Vleuten erin, de zaal aan zijn voeten te krijgen met een verhaal dat tegelijkertijd persoonlijk en algemeen is, dat over de grote en de kleine geschiedenis handelt, dat humor en tragiek verenigt. Het mooist zijn de liedjes. Daarin wordt in ragfijne taal de tragiek van de oorlog zicht baar gemaakt. (…) Van Vleuten balanceert constant op het slappe koord tussen drama en humor, maar weer zonder feilen zijn evenwicht te bewaren. (…) Van Vleuten toont zich wederom een meester in een theatergenre dat hij eigenhandig gecreëerd heeft, een mix van historie en cabaret.”
Theaterkrant (****): Nieuwe Van Vleuten is voorbeeldig hoorcollege
“Met zijn ‘docu-cabaret’ heeft hij zijn vorm gevonden. Dat hij een historische feitenfetisjist is en ‘een zieke nostalg’ werkt beslist in zijn voordeel. Van Vleuten is een subliem verteller, zijn verhaal een voorbeeldig hoorcollege, waarin hij op de juiste momenten geestige bruggetjes slaat naar onze tijd. Dorre feiten krijgen bij hem geen kans. (…) Met intieme liedjes, onder meer van Jan Boerstoel, sleurt hij het publiek mee de geschiedenis in en sluit af met een donderend slotakkoord. Van de duisternis naar het licht.”